Geschiedenis

Gemeentelijke archiefdienst, Stafafdeling IV Archieven en Stadsarchief zijn de namen die het Regionaal Archief Gorinchem (RAG) vóór 2007 kende. Achter deze namen gaat een geschiedenis schuil van archiefzorg in stad en regio, die we hier kort uit de doeken doen.

Kleine gaatjes

In 1459 maakte de stad Gorinchem kenbaar aan haar landsheer “dat haer brieven van hantvesten ende previlegiën hier te voren qualick bewaert ende cranck toesicht hebben gehadt, zoedat zommighe verrottet zijn ende op weghe van vergaen ende cleyne gaetkens daerinne zijn…”. Dat klinkt niet goed. Karel de Stoute stelde het stadsrecht nogmaals vast.

Eeuwenlang bleef het droevig gesteld met de archiefzorg in Gorinchem en het Land van Arkel. Pas in 1806 kwam er een afzonderlijke archiefruimte in het stadhuis. Het archief van het gemeentebestuur werd tijdens de bouw van het nieuwe stadhuis in 1859/60 opgeslagen in het Tolhuis. Vervolgens kwam een deel van het archief op de eerste verdieping van het stadhuis in afsluitbare kasten, waarschijnlijk stukken die men vaak nodig had. Het andere deel kwam op de zolder. In 1922 constateerde de provinciale archiefinspecteur dat de zolder zeer brandgevaarlijk was. De gasverlichting werd vervangen door een elektrische.

In 1933 werd het archief van het gemeentebestuur (1300-1814) geïnventariseerd door de vrouw van archiefinspecteur Van Rheineck Leyssius. Dit gebeurde op een onverwarmde zolder van het Algemeen Rijksarchief (nu Nationaal Archief) in Den Haag. Afgezien van het feit dat enkele charters verdwenen, is de kwaliteit van deze inventaris niet groot. Vervolgens werd door een gepensioneerd ambtenaar van de secretarie, Naumann, het archief van het gemeentebestuur over 1814-1931 geïnventariseerd. Dat gaf een beter resultaat. Er kwamen nu stalen archiefrekken en de kwalijke invloed van vocht in de archiefruimte werd tegengegaan.

Streekarchivariaat

In 1952 kwam burgemeester Winkler van Sliedrecht met het plan van een streekarchivariaat. Het zou gaan om gemeenten in de Alblasserwaard, de Vijfheerenlanden en het Land van Heusden en Altena. Dit idee werd enthousiast opgepakt door burgemeester Van Rappard, die zelfs de Gelderse gemeenten Brakel, Herwijnen en Vuren benaderde om te participeren in een gemeenschappelijke regeling. Men kreeg weinig handen op elkaar voor dit plan.

Archiefinspecteur Van der Gouw constateerde in 1957 dat het Gorcumse archief voor het grootste deel was geborgen op een wijze die niet voldeed aan de meest bescheiden eisen van veiligheid en doelmatigheid. Een studiegenoot van Van Rappard, mr. A. Telders, werd aangesteld om het archief op orde te brengen. In de praktijk deed hij vooral onderzoek en bleef 800 strekkende meter archief ongeschoond en ongeïnventariseerd. Gelukkig begon men aan de bouw van een archiefbewaarplaats in de Molenstraat, die in 1967 gereed kwam. Toen Telders met pensioen ging, werd per 1 januari 1969 A.J. Busch benoemd als archivaris. Hiermee begon een nieuw tijdvak in de archiefzorg in Gorinchem en de omliggende regio.

De periode Busch

De eerste gemeentearchivaris ging voortvarend van start. Naast archieven van de overheid, wordt de collectie aanmerkelijk uitgebreid. Tal van verenigingen, stichtingen en particulieren gaven het archiefbeheer in handen van Busch. Zo vinden we in de collectie het archief van de voetbalvereniging Unitas, het persoonlijk archief van Van Rappard en het archief van de Nederlandse Hervormde Gemeente. De Gorcumse samenleving zag het belang in van deskundig beheer van archieven. Verder werden ook boeken, foto’s, films, prenten en geluidsdragers geacquireerd.

In 1975 werd Busch aangesteld als archivaris van het Hoogheemraadschap van de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden. Bezoekers konden ook de polderarchieven raadplegen van Leerdam tot Kinderdijk en van Gorinchem tot Vianen. Deze archieven werden bewaard in een bijgebouw bij de Doelen. Als een bezoeker van de archiefdienst een archiefstuk van het Hoogheemraadschap wou inzien dan moest een archiefmedewerker ‘even naar de overkant’. U snapt dat dit niet bevorderlijk was voor de archiefstukken als het erg hard regende. Verder werden onder Busch een aantal kerkarchieven uit de regio in beheer genomen, die vooral voor genealogisch onderzoek veel interessants bevatten.

In de beginperiode had men nog ruimte voor het tentoonstellen van boeiende voorwerpen uit de collectie. Allengs werd het pand in de Molenstraat hiervoor te klein. Eind 1996 was er ruim 2.000 strekkende meter archiefmateriaal, verdeeld over bijna 300 archieven. In 1978 en 1994 komen er verrijdbare archiefstellingen om de depotruimte uit te breiden. Busch krijgt eerst in 1972 versterking van mej. Swaters (1972-1984), vervolgens in 1984 van R.F. van Dijk en in 1988 van J.E. Walraven (tot en met 2020). De heer Van Dijk is nog steeds bij het RAG werkzaam. Van de hand van Busch en Van Dijk verschijnen tientallen publicaties over de geschiedenis van de stad en streek. Tevens inventariseren zij veel archieven, waardoor de toegankelijkheid aanzienlijk wordt verbeterd.

Regionaal Archief Gorinchem

Na het vertrek van Busch, wordt Van Dijk aangesteld als de nieuwe gemeentearchivaris. Hij wordt bijgestaan door mw. F.W.J. van den Berg (1997-2001). Van Dijk kwam echter al snel tot de conclusie dat zijn hart lag bij het helpen van onderzoekers, het inventariseren van archieven en het nauwgezet bestuderen van de archiefbronnen, maar niet bij het aansturen van het archief. In 2002 wordt A. Frings aangesteld als gemeentearchivaris. Het team wordt in 2005 verder versterkt door archiefambtenaar A.C.J. de Vries en later mw. A. Bor die vooral werkt aan de Topografisch Historische Atlas.

De nieuwe gemeentearchivaris maakt zich hard voor een nieuwe huisvesting. In het pand in de Molenstraat is een zeer kleine studiezaal, de depotruimte is duidelijk te klein en er is geen klimaatbeheersing. Medio 2006 komt een nieuw archief gereed in de nieuwe vleugel van het stadhuis. Vele archieven worden zuurvrij verpakt alvorens ze in het nieuwe depot geplaatst worden. Daarnaast werken een tiental vrijwilligers aan het digitaliseren en beschrijven van bronnen als de topografisch-historische atlas en notariële akten.

Het nieuwe archief heeft de beschikking over een projectruimte waar lezingen, educatieve projecten en tentoonstellingen gehouden kunnen worden. Zo was er eind 2007 een grote tentoonstelling over de geschiedenis van de Griekse migranten in Gorinchem, getiteld Griek & Bliek, die door vele honderden mensen werd bezocht. De laatste jaren werkt men vooral samen met het Gorcums Museum om te komen tot interessante tentoonstellingen over het Gorcums verleden. In 2018 verschijnt “Tien eeuwen Gorinchem”. Het Regionaal Archief werkte actief mee aan de totstandkoming van dit overzichtswerk van de Gorcumse geschiedenis.

Per 1 januari 2006 worden de archieven van het voormalig Hoogheemraadschap Alblasserwaard Vijfheerenlanden opgenomen in de depots van het archief. In 2007 wordt het gebouw tevens aangewezen als officiële archiefbewaarplaats van de gemeente Giessenlanden. De archiefdienst wordt omgedoopt in: Regionaal Archief Gorinchem. Een plek waar men informatie kan vinden over de stad Gorinchem en haar directe omgeving.

Archiefinspectie

Naast beheer van archieven van historisch belang, houdt het Regionaal Archief ook toezicht op de archiefvorming door de gemeente Gorinchem. In 2017 begint archiefinspecteur M.M.H. Lemmens met dit belangrijke werk. Zijn werkzaamheden worden vanaf 2021 voortgezet door mw. M. Dietz.

Bronnen:

Hettel Bruch, Middeleeuwsche Rechtsbronnen van Gorinchem, Werken der Vereeniging tot Uitgave der Bronnen van het Oude Vaderlandsche Recht, 3e reeks, no. 8 (Utrecht, 1940).

R.F. van Dijk, ‘Met bedaarden ijver’. Archiefzorg in de negentiende en twintigste eeuw in Gorinchem. In: ‘Met bedaarden ijver’. Bij het afscheid van stadsarchivaris A.J. Busch (Gorinchem, 1997), p. 9-17.

R.F. van Dijk, ‘De Missie’. Archiefbeheer in de periode Busch. In: ‘Met bedaarden ijver’. Bij het afscheid van stadsarchivaris A.J. Busch (Gorinchem, 1997), p. 18-21.